4 Oorzaak - gevolg

iDevice-pictogram Aardbeving - vulkaan - tsunami
De aardplaten bewegen en schuren op sommige plaatsen - aan de breuklijnen - tegen elkaar. Als dat gebeurt, ontstaan er aardbevingen. Zware aardbevingen doen zich in Europa zelden voor, soms in Zuidoost-Europa. De meeste aardbevingen komen voor in Zuidoost-Azië, aan de westkust van Noord- en Midden-Amerika en in Australië.

Bij die breuklijnen komen ook vaak vulkanen voor. Sommige van die vuurspuwende bergen komen soms tot uitbarsting, terwijl andere slapend (= lange tijd niet actief) of zelfs dood (= niet meer actief kunnen worden) zijn.

Bij een uitbarsting komen eerst aswolken en stenen naar buiten. Daarna spuwt de berg vanuit de magmakamer magma naar buiten via de kraterpijp en de zijspleten. Daar vormt het een lavastroom die de helling afvloeit.
De Etna en de Vesuvius zijn nog twee actieve vulkanen in Europa.

Als aardplaten botsen in een oceaan of een zee, spreken we van een zeebeving. Dat kan een vloedgolf of een tsunami tot gevolg hebben. Door de beving ontstaan reusachtige golven die grote verwoestingen kunnen aanbrengen aan de kusten.

1. Wat gebeurt er als twee aardplaten tegen elkaar botsen? Op zee ... op het vasteland ...

2. Waarom zijn er zelden zware aardbevingen in Europa?

3. Waar komen de meeste aardbevingen voor?

4. Op welke plaats komen de meeste vulkanen voor?

5. In Europa zijn er nog twee actieve vulkanen? Geef de naam en zoek eens op in je atlas.

6. Als aardplaten botsen in een ocecaan of een zee spreken we van een ... . Dit kan een vloedgolf of een ... tot gevolg hebben.



iDevice-pictogram Tsunami
Een tsunami is het gevolg van een zeebeving.

De tsunami ontstaat door een aardbeving in zee, een zeebeving dus. De aarde bestaat uit verschillende platen. Deze zijn altijd een klein beetje in beweging, maar daar merk je eigenlijk nooit iets van. Het gebeurt wel eens dat twee platen te hard tegen elkaar schuiven. Dan heb je een aardbeving.

Door de beving ontstaan golven. Eerst zijn ze nog heel klein, maar de golven gaan steeds sneller, wel 800 kilometer per uur. Dat is net zo hard als een vliegtuig. De golven gaan net zolang door tot ze aan land komen. Omdat ze al die tijd zo hard zijn gegaan, wordt de golf met een gigantische kracht op het land gegooid. Zo kan een tsunami metershoog worden.


Lees de tekst en bekijk het filmpje.

Wat is een tsunami eigenlijk?

Hoe ontstaat een tsunami?




iDevice-pictogram Aardbeving

Aardbevingen... Waardoor ontstaan ze? Hoe ontstaat een aardbeving? Wat
heeft een aardbeving te maken met bewegende platen?

De aardkorst is niet één geheel maar bestaat uit verschillende stukken die als een legpuzzel in elkaar passen. Die stukken noemen we "platen", die bewegen ten opzichte van elkaar. Als de platen langs elkaar heen bewegen, gaat dat niet altijd even soepel. De platen geven veel weerstand en houden elkaar tegen. Er ontstaat een grote spanning en die duurt totdat de platen ineens losschieten. Dat losschieten geeft een enorme schokgolf: een aardbeving!

Recht boven de aardbevingshaard, op het aardoppervlak, ligt het epicentrum. Daar is de schok het heftigst. Maar ook veel verder weg is de aardbeving te voelen.

Lees de tekst. Bekijk het filmpje.

Leg uit: hoe ontstaat ontstaat een aardbeving.

Leg uit: epicentrum.

Schrijf het op een blaadje. Zorg voor goed gebouwde zinnen.





iDevice-pictogram Vulkaanuitbarsting
Luister naar en bekijk het filmpje. Je kan achteraf de woorden opschrijven of nog eens luisteren en kijken.

Wat is een vulkaan en waarom barst hij uit?

Wat gebeurt er in een vulkaan waardoor die uitbarst? Vanuit de wordt gloeiend hete de berg in geduwd. Dat gaat met zoveel kracht dat de berg ervan gaat trillen en uitzet. Magma is een hete brij die stolt als het de krater bereikt. Het vormt daar een grote hete prop. Af en toe vallen er stukken af. De prop wordt groter en groter en barst dan uit elkaar.

ontsnapt en schuimend magma borrelt op. Een grote zware wolk dendert als een bulldozer langs de helling naar beneden. Aan de buitenkant is de wolk grijs, maar binnenin zit roodgloeiend gas en as. Rondom de vulkaan komt heel veel en puin terecht.

Als het regent levert dat een nieuw gevaar op: het regenwater en de as kunnen dan een grote gaan vormen. Die modder stroomt met veel geweld naar beneden, sleurt grote keien met zich mee en vernielt het land en de dorpen.

Vulkaanuitbarstingen kunnen grote rampen veroorzaken, zoals in bij de Krakatau. Door een enorme uitbarsting werd het waar de vulkaan op staat, bijna volledig van de aardbodem geveegd. (Boem!!) As werd tot 80 kilometer hoog de lucht in geblazen. De zon werd verduisterd en in een groot gebied was het 2 ½ dag donker.

Er ontstond een , een vloedgolf van 36 meter hoog, waardoor wel mensen verdronken! De golf ging een paar keer rond de aarde. De knal van de uitbarsting werd zelfs in gehoord, meer dan 3.000 kilometer verderop.